Tijdens de training "Als het misgaat" voor arts assistenten en opleiders starten we vaak met een praktische oefening. We vragen de cursisten om een eigen ervaring op te schrijven met een calamiteit of incident en wat voor emoties dat opriep. De emoties schuld en schaamte komen vrijwel gelijk bovenaan de flap van de flipover te staan.
Wat betekenen deze emoties eigenlijk? En hoe belemmeren deze emoties een open leercultuur? Brené Brown omschrijft in haar boek ‘De kracht van de kwetsbaarheid’ deze beide emoties. Schaamte betekent 'ik ben slecht' en schuld betekent 'wat ik deed was slecht'.
Laatst zat ik in een diep gesprek met een kennis over het leren van ‘fouten’ in een veilige cultuur. Deze kennis werkt voor een zorginstelling. Ze is betrokken bij het registreren van calamiteiten aan de inspectie. Ze gaf aan dat haar directeur bij een calamiteit persoonlijk naar de medewerkers toe gaat om te vragen wat er is gebeurd om de feiten te construeren. Hij is een open en benaderbaar iemand. Wat ze niet goed begrijpt is de vaak defensieve reacties van de medewerkers. De ‘ja maar’ komt om de hoek kijken en er wordt naar elkaar gewezen met beschuldigende vinger of mensen zeggen juist niets, klappen dicht en trekken zich terug in hun schulp.
‘Waarom doen mensen dat?’ vroeg ze mij. Onze directeur is een open en betrokken man die juist het gesprek wilt aangaan met de medewerkers.
Op het moment van een ernstige calamiteit of incident zijn de reacties nagenoeg hetzelfde. De vecht/vlucht respons komt in beweging. In haar boek omschrijft Brené Brown dat het helder denken tijdelijk geblokkeerd raakt. Gevoelens van ‘ik ben waardeloos’, ‘het is mijn fout’ belemmeren het objectief denken en openstaan voor vragen die een appèl doen op de ratio. Het doet namelijk pijn als men betrokken is bij een calamiteit of incident. En de reflex is bij de pijn weggaan. Natuurlijk belemmeren deze emoties het openstaan om te leren.
Wat is er dan nodig om dat wel te bereiken? Een luisterend oor, mensen de tijd geven hun verhaal te laten vertellen, om op adem te komen en te laten merken dat je meeleeft, maar vooral het gevoel geven dat ze niet alleen staan in hun emoties. Wetende dat schaamte en schuld onvermijdelijk om de hoek komen kijken na een incident, helpt de omgeving in het ermee omgaan en mensen goed te begeleiden en uiteindelijk in een open en veilige leercultuur.
Wat betekenen deze emoties eigenlijk? En hoe belemmeren deze emoties een open leercultuur? Brené Brown omschrijft in haar boek ‘De kracht van de kwetsbaarheid’ deze beide emoties. Schaamte betekent 'ik ben slecht' en schuld betekent 'wat ik deed was slecht'.
Laatst zat ik in een diep gesprek met een kennis over het leren van ‘fouten’ in een veilige cultuur. Deze kennis werkt voor een zorginstelling. Ze is betrokken bij het registreren van calamiteiten aan de inspectie. Ze gaf aan dat haar directeur bij een calamiteit persoonlijk naar de medewerkers toe gaat om te vragen wat er is gebeurd om de feiten te construeren. Hij is een open en benaderbaar iemand. Wat ze niet goed begrijpt is de vaak defensieve reacties van de medewerkers. De ‘ja maar’ komt om de hoek kijken en er wordt naar elkaar gewezen met beschuldigende vinger of mensen zeggen juist niets, klappen dicht en trekken zich terug in hun schulp.
‘Waarom doen mensen dat?’ vroeg ze mij. Onze directeur is een open en betrokken man die juist het gesprek wilt aangaan met de medewerkers.
Op het moment van een ernstige calamiteit of incident zijn de reacties nagenoeg hetzelfde. De vecht/vlucht respons komt in beweging. In haar boek omschrijft Brené Brown dat het helder denken tijdelijk geblokkeerd raakt. Gevoelens van ‘ik ben waardeloos’, ‘het is mijn fout’ belemmeren het objectief denken en openstaan voor vragen die een appèl doen op de ratio. Het doet namelijk pijn als men betrokken is bij een calamiteit of incident. En de reflex is bij de pijn weggaan. Natuurlijk belemmeren deze emoties het openstaan om te leren.
Wat is er dan nodig om dat wel te bereiken? Een luisterend oor, mensen de tijd geven hun verhaal te laten vertellen, om op adem te komen en te laten merken dat je meeleeft, maar vooral het gevoel geven dat ze niet alleen staan in hun emoties. Wetende dat schaamte en schuld onvermijdelijk om de hoek komen kijken na een incident, helpt de omgeving in het ermee omgaan en mensen goed te begeleiden en uiteindelijk in een open en veilige leercultuur.